Skip to content Skip to footer

Reflecterend referendum: niets meer en niets minder

Vandaag vinden niet alleen de gemeenteraadsverkiezingen plaats, maar wordt het laatste raadgevend referendum gehouden. Deze keer over de sleepwet. Omdat het geen bindend referendum betreft vinden veel mensen het “zinloos” om te gaan stemmen. Anderen vinden het juist “arrogant van het kabinet” als zij niets met de uitslag zou doen en de wet er doorheen drukken. Deze frustraties zijn begrijpelijk, maar deels onterecht. Hoe dat komt? Aan het raadgevend referendum wordt vaak meer effect toegeschreven dan het in werkelijkheid heeft.

Zinloos om te stemmen bij een referendum?

Net als bij andere verkiezingen is het een democratisch recht en een verworvenheid die we in Nederland hebben om onze mening te uiten. En als ons daarnaar wordt gevraagd is het verstandig te reageren. Als niemand zou stemmen wordt het bovendien knap lastig om ons land te laten regeren door partijen die de waarden, gevoelens en belangen in de maatschappij dienen te vertegenwoordigen. Maar het besluit staat toch al min of meer vast? Die vraag is minder relevant dan de volgende: hoeveel mensen zijn tegen het voorstel? Betreft het een overgrote meerderheid van 90 procent of slechts een krappe  51 procent van de stemmers, of is een meerderheid juist voor de wet? Het kabinet zal dit, zeker bij een nee, moeten meewegen in haar afweging. Indien 90 procent van de stemmers zou tegenstemmen en het kabinet besluit toch de wet in deze vorm in te voeren dan zal ze zich toch goed achter de oren moeten krabben hoeveel draagvlak ze daarvoor dan heeft. Zo bezien speelt het referendum dus zeker wel een rol.

Is doordrukken arrogant van het kabinet?

Indien het referendum een duidelijk ja laat zien is het vrij simpel: de wet wordt ingevoerd.  Bij een nee kan het haast niet anders dan dat het kabinet het wetsvoorstel zal  heroverwegen. Trekken zij het wetsvoorstel in, passen ze het voorstel aan of gaan ze toch door met de invoering? Dit zijn de opties en dat is nu precies waarvoor een raadgevend referendum dient. Om de houding van het kabinet als arrogant te bestempelen indien het lijkt alsof zij stoïcijns vasthoudt aan haar koers is onterecht: ze maakt wel degelijk een afweging en het besluit op basis daarvan zal altijd consequenties hebben. Wellicht niet zo impactvol als de indieners van het referendum hopen, maar dat heeft te maken met verwachtingsmanagement.

Moment van reflectie

Het raadgevend referendum geeft een advies aan de regering: het volk vraagt de regering om te reflecteren op het invoeren van dit wetsvoorstel. De indieners van het referendum willen uiteraard aandacht voor het onderwerp en zoeken naar mogelijkheden om “iets” aan deze wetgeving te doen. De vraag is of een “moment van reflectie” laten uitschrijven wel het beoogde effect heeft. Als het doel ‘aandacht vragen voor’ is dan kun je zeggen dat de initiatiefnemers inmiddels al zijn geslaagd. Willen ze echter verandering teweeg brengen, dan zouden ze toch echt eens hardop moeten afvragen of ze het geijkte instrument hebben gekozen, omdat een raadgevend referendum feitelijk niets kan afdwingen. Concentreer je daarom liever op instrumenten die wel effect kunnen sorteren. Een bindend referendum is effectief, maar lijkt niet realistisch gezien de kritiek die er rondom referenda in het algemeen al leeft. Probeer dan liever als gevolg van voortschrijdend inzicht aan te sturen op een wetswijziging. Het raadgevend referendum is dus niets meer en niets minder dan een reflecterend referendum.

Auteur: Guido Montulet