Skip to content Skip to footer

De Rijksoverheid loopt met u mee tot het ravijn: uitdagingen voor Nederlandse gemeenten

Het zijn turbulente tijden voor Nederlandse gemeenten. Het zogenaamde ‘ravijnjaar’ — een periode waarin de financiële tekorten van gemeenten drastisch toenemen door invoering van een nieuw financieringssysteem dat pas in 2027 van start gaat — dwingt lokale overheden tot moeilijke keuzes. Hoe kunnen gemeenten zich staande houden te midden van toenemende maatschappelijke druk, financiële onzekerheden en de noodzaak om duurzaam en innovatief beleid te voeren?

Het Ravijnjaar: de financiële realiteit

De term ‘ravijnjaar’ verwijst naar 2026: eind dit jaar loopt het bestaande financieringssysteem voor gemeenten en provincies af. Er komt wel een nieuw systeem, maar dat gaat pas in 2027 van start. Hierdoor ontstaat voor gemeenten en provincies een financiële kloof van ongeveer 3 miljard euro, omdat in dat jaar de rijksbijdragen per inwoner van 137 euro naar slechts 47 euro zullen dalen.

Tegelijkertijd blijven de kosten voor sociale voorzieningen, zoals jeugdzorg en Wmo-ondersteuning stijgen. De balans tussen inkomsten en uitgaven wordt daardoor steeds moeilijker te handhaven. Veel gemeenten vrezen dat zonder aanvullende steun, bezuinigingen op cruciale diensten en voorzieningen onvermijdelijk worden met mogelijk alle maatschappelijke gevolgen van dien.

Een stap verder denken dan bezuinigen

Toch is het simpelweg bezuinigen niet meteen de slimste oplossing. Gemeenten worden genoodzaakt om creatief te denken en nieuwe manieren te vinden om efficiënt met de beperkte middelen om te gaan. Dit kan variëren van intensievere samenwerking met maatschappelijke organisaties tot innovatieve digitale oplossingen die dienstverlening goedkoper en toegankelijker maken. Als het om maatschappelijke organisaties gaat ziet de gemeente Amsterdam de samenwerking met Sociale Firma’s als een mogelijkheid om te besparen op publieke kosten. Een ander voorbeeld is het benutten van data-analyse om beleid gerichter in te zetten of processen te automatiseren. De vraag blijft of gemeenten hiervoor niet ook de hulp vanuit Den Haag nodig hebben. En binnen gemeenten zal de vraag dan ook gaan rijzen: hoe zijn onze relaties eigenlijk met Den Haag?

Maatschappelijke druk: van woningbouw tot duurzaamheid

Er zijn ook crises waarbij de maatschappelijke druk nog acuter is. De woningcrisis vraagt bijvoorbeeld om een versnelling van de woningbouw, maar procedures en regelgeving vormen vaak een rem, evenals het gebrek aan (milieu)ruimte om te kunnen bouwen. Ruimte is in Nederland schaars en zal altijd tot maatschappelijke discussie leiden. Daarnaast is het vinden van draagvlak voor windparken en zonneweides een steeds grotere uitdaging. Burgers zijn steeds kritischer op bouwprojecten  en het verdwijnen van groen en willen dit soort zaken zeker niet in hun eigen achtertuin hebben. Terwijl de onlangs verloren rechtszaak van de staat tegen Greenpeace het maatschappelijke debat alleen nog maar verder opvoert.

 Draagvlak nodig

Om aan deze behoeften te voldoen, moeten gemeenten slim balanceren tussen daadkrachtig optreden en het betrekken van inwoners bij beleidsvorming. Slim en efficiënt stakeholdermanagement is hier een groot onderdeel van. Gemeenten zullen zich breder moeten richten op het vergroten van draagvlak voor hun plannen en het gevoerde beleid. Niet alleen bij inwoners, maar ook bij lokale ondernemers, belangenvertegenwoordigers en andere bestuurlijke lagen. Als dit goed wordt uitgevoerd, zal dit tijd en geld besparen. Geld dat gemeenten zeker in het ravijnjaar harder nodig hebben dan ooit.

Hoe zit het met Den Haag?

Het ravijnjaar mag dan een donkere wolk boven het gemeentelandschap zijn, maar met visie, lef en de juiste aanpak kunnen gemeenten de storm doorstaan en er misschien zelfs beter uitkomen. Door te investeren in samenwerking, innovatie en stakeholdermanagement, en door een goede link met Den Haag te bouwen en te onderhouden kunnen ze niet alleen de uitdagingen van vandaag aanpakken, maar zich ook voorbereiden op een toekomst waarin ze sterker en efficiënter opereren en meer gezien en erkend worden door de landelijke overheid. Draagvlak waarmee ze naar de toekomst toe voordeel kunnen behalen. Gemeenten moeten zorgen voor een goed verhaal dat in Den Haag beklijft, zodat hun lokale belangen op landelijk niveau gezien en erkend worden en er draagvlak en steun is om die te realiseren. In onze eigen praktijk hebben we hier tal van mooie voorbeelden van.

Winston Churchill zei het met de befaamde woorden: ‘Never let a good crisis go to waste’ en dat geldt zeker ook voor het aanstaande ravijnjaar. Hoe groot de uitdagingen ook mogen zijn, gebruik ze om niet alleen het jaar 2026 te overbruggen, maar om er als gemeente sterker uit te komen en je klaar te maken voor de toekomst. En een slimme gemeente zorgt er daarnaast natuurlijk ook voor dat de Rijksoverheid niet alleen tot het ravijn meeloopt, maar ook als brug gaat fungeren om het ravijn goed over te steken.